Translate

zondag 18 augustus 2013

Regenboog-Moebius




Hij  is af!
Ik hou van “Moebius”: niet zomaar “een sjaaltje met een slag erin”, maar een opzet met een speciale draai, en vervolgens een werkwijze, waar je aan weerszijden van de opzet, zeg maar in vorm van een “platte 8”, vanuit het midden naar de kanten toe werkt.
Hoe en waarom dat zo gaat heeft de heer Möbius uitgevonden. Dus niet schrikken als hier een beetje wiskunde komt kijken :-)   (zie:  Moebius op wikipedia)

Bij Blij dat ik brei kwam ik dit prachtige garen tegen: een bol vier-draads katoen-acryl met daarin ongeveer 20 kleurwissels in alle kleuren van de regenboog. De draad is 1090 meter lang, ruim voldoende voor een haakwerk, gehaakt heb ik met met haaknaalden nr. 5, en ik heb voor een waaier-patroon over 17 steken (vasten en stokjes) gekozen.

Deze kol is (plat) 60 cm lang (dus ongeveer 120 cm in het rond) en 60 cm hoog. Wie hem liever langer wil hebben kan de opzet om een veelvoud van 17 uitbreiden. De kol wordt dan wel minder hoog. Mijn model op de foto heeft ongeveer maat 36.
Hiervoor had ik 14 rapporten van 17 steken nodig.

Normaal gesproken hebben wij geleerd dat we een opzet moeten haken door een reeks losse, waarin dan de eerste toer vaste of stokjes gehaakt wordt. Hier zag ik enorm tegen op: 14 rapporten van 17 steken zijn 238 losse, en daarin moet je dan weer steken zien te haken.
Gelukkig had Jeanet van Blij dat ik brei een idee: een opzet met maar 3 lossen, die eindeloos uitgebreid kan worden:
http://knitting-crochet.wonderhowto.com/how-to/start-chainless-half-double-crochet-foundation-217422/
De video is in het Engels, maar goed te volgen: na drie lossen haak je een stokje in de eerste losse. Het tweede stokje haak je in het onderste deel van het eerste stokje. Het derde stokje haak je in het onderste deel van het tweede stokje, en zo voort. Het mooie hierbij is: er ontstaan meteen aan weerszijden mooie v-tjes, waarin je gemakkelijk in kunt haken.
Deze opzet van 238 steken heb ik een halve slag gedraaid en aan beide kanten m.b.v. halve vasten verbonden.
Wel opletten: maar een halve slag draaien! Hij moet er uitzien als een Moebius-strip.

Voor de eerste toer van het patroon begin je met drie lossen (deze vervangen het eerste stokje van de waaier) en vier stokjes in de eerste tussenruimte van de opzet. Dan 7 keer een tussenruimte overslaan en een stokje in de volgende tussenruimte haken. Dan een overslaan en 5 stokjes in de volgende tussenruimte.  De toer eindigt met 5 stokjes in de laatste tussenruimte.  Na de laatste groep van 5 stokjes sluit je de toer  met een halve vaste in de bovenste losse van je begin-lossen. De tweede toer begin je met twee lossen (i.p.v. de eerste vaste) en in elke steek een vaste, eindigen met een halve vaste in de ketting van twee lossen bij het begin. 
Toer 1 en 2 steeds herhalen, tot dat het garen op is.

Het patroon van "5 stokjes in een vaste - een overslaan , 7 x *1 stokje, 1 overslaan* - 5 stokjes in een vaste" steeds herhalen. Alleen bij het begin van de oneven toeren vervang je het eerste stokje door drie lossen, bij het begin van de even toeren vervang je de eerste vaste door twee lossen. Elke toer wordt gesloten met een halve vaste in de bovenste begin-losse.

Dit is een schema van een  rapport van het waaier-patroon, de kleuren geven aan hoe het waaier-patroon werkt:


De kleuren geven aan op welk stokje de vasten gehaakt worden. De grote lus op de eerste en laatste vaste ontstaat van zelf als je er 5 stokjes in haakt, dit is dus alleen ter illustratie.



Je kunt ook ervoor kiezen na de laatste kleurwissel allen nog vasten te haken om een mooie afsluiting te krijgen.



En een bedeltje maakt het werk dan nog helemaal af! 

9 opmerkingen:

  1. wow , sieht der loop klasse aus . liebe grüße martina

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Danke, Martina! Die deutsche und englische Anleitung kommen im Laufe der Woche.

      Verwijderen
  2. Wat een mooi patroon! Lijkt veel op de gebreide pauwesteek. Heb je het patroon zelf bedacht?

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Hoi Karien, ik denk dat mijn grootmoeder dit patroon heel lang geleden al haakte (zonder een patroon). Ik heb dus maar wat verzonnen wat er misschien op lijkt. Als je een keer in de ritme bent haak je dit zonder dat je erbij moet nadenken. Groetjes, Jo

      Verwijderen
  3. Ik ben ook begonnen aan een moebius(zij het een kleinere) in dit patroon en heb je beschrijving gevolgd. De eerste twee toeren gaan prima, maar nu wil ik aan de derde toer beginnen (5 stokjes in één steek en 7 stokjes ieder met een steek ertussen overslaan en dan weer 5 stokjes in één steek) maar nou kom ik niet goed uit voor als ik de volgende 5 stokjes in één steek moet haken. Nou zie ik op één van de foto's twéé keer 5 stokjes naast elkaar, maar dat zie ik niet op je schematekening. Of zie ik dat nou verkeerd?

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Hoi Marta, de "twee keer 5 stokjes" naast elkaar zijn gehakt in de 17e en de 1e vaste van de schema-tekening (getekend met zwart, te lezen van rechts naar links). Deze twee groepen van elk 5 stokjes zijn de "waaier" Om de verloop van de vasten / stokjes wat duidelijker te maken heb ik bij de tekening verschillende kleuren gebruikt. Het begin van de toer is dus altijd "boven" op de helft van een waaier. Groetjes, Johanna

      Verwijderen
    2. Aha..ik heb namelijk maar één groepje van vijf stokjes gehaakt, maar nu begrijp ik dat je steeds het schema moet herhalen en je krijgt dan twee groepjes van 5 stokjes naast elkaar.
      Dat was mij n.l. niet duidelijk. Ook uit je beschrijving maakte ik op dat je steeds 1 groepje van 5 moest haken.
      Hartelijk dank voor je hulp en je snelle reactie.
      Ik ga de twee eerste toeren gauw uithalen en opnieuw beginnen
      Groetjes!

      Verwijderen
    3. Excuses voor de onduidelijkheid, ik zal het in de tekst nog veranderen.
      Veel plezier bij het haken van dit patroon.
      Groetjes, Johanna

      Verwijderen